Waterspreeuwen zijn territoriale zangvogels die bijna alleen langs rivieren en bergbeken leven, waar zij een territorium van enkele honderden meters rivier bezetten en zich voeden met ongewervelden en een enkel visje. Veel Scandinavische waterspreeuwen (de Zwartbuikvariant, Cinclus cinclus cinclus) – de waterspreeuw is sinds 2000 Noorwegens nationale vogel – overwinteren in, of dichtbij, hun broedgebied. In strenge winters, wanneer rivieren en meren langdurig dichtvriezen, overleven slechts enkele van deze standvogels. Een deel van de Scandinavische vogels trekt ‘s winters zuidwaarts en belandt zo in Denemarken waar de waterspreeuw een vrij algemene wintergast is en er jaarlijks 1000-1500 waterspreeuwen worden waargenomen (zie Deense vogelmigratie atlas). Een enkele waterspreeuw belandt in het najaar nog zuidelijker en brengt de winter in Nederland door.

De sinds 23-11-2023 aan de Zoetermeerse plas overwinterende zwartbuikwaterspreeuw bezocht ik al vier keer eerder en evenzovele keren moest ik constateren dat we geen vrienden waren. Driemaal melde de waterspreeuw zich niet-thuis, één keer was ie aanwezig maar bleef op grote afstand. Zaterdag haalde ik de schade in. Al voor zonsopgang lag ik languit in de oeverbegroeiing met op enkele meters de foeragerende waterspreeuw. Met veel plezier schoof ik door zand en modder, trok sporen over een kletsnatte steiger en stapte gewillig enkeldiep in het verassend frisse water. Tot slot maakte de soepel poserend waterspreeuw alles goed door het luidkeels op een zingen te zetten toen de zon langzaam boven de winterse horizon verscheen. Soms zit het mee!