Ik weet niet meer wiens blog het was; Hans Overduin, Chris van Rijswijk, Luuk Punt?  Maar de strekking was: neem altijd je camera mee! In mijn herinnering verhaalde genoemde blog van een ontmoeting met een Middelste jager op het strand en een sprint van de schrijver naar huis en camera om deze alsnog vast te kunnen leggen. Helaas, bij terugkomst bleek de vogel gevlogen! Omdat ook ik iets soortgelijks wel eens heb meegemaakt, neem ik nu zo vaak als mogelijk mijn camera mee. Dit weekend niet anders. Na ’s ochtends door De Tuintjes gelopen te hebben op de noordpunt van Texel, namen we ‘s middags een verfrissende duik in de verassend schone zee bij Paal 28, De Cocksdorp. Het was begin september, maar het warme en zonnig zomerweer wist nog van geen wijken. Mijn cameratas lag te bakken hoog op het zand tegen de duinenrij.

Maar niet voor lang! We waren nog maar net uit zee toen een tweetal kleine valken vanuit het zuiden, jagend boven de zeereep, onze richting op vlogen. Rustig zeilend, soms kort biddend en af en toe een rare snoekduik makend achter een libel of sprinkhaan aan, kwamen ze steeds dichterbij. Juveniele Roodpootvalken (Red-footed falcon, Falco vespertinus)! Tot verrassing en/of schrik van mijn schaars- of niet-geklede medestrandgangers toverde ik in no time een telelens uit mijn tas en kreeg de valkjes scherp in het vizier. In een uur tijd scanden de twee Roodpootvalken de Texelse kustlijn op insecten en maakten twee keer een flyby. Ik was inmiddels op een duin geklommen om ze nog beter in beeld te krijgen. Genieten! Vooral van het ogenschijnlijke gemak waarmee de Roodpootvalken al vliegend buitgemaakte sprinkhanen tussen de poten klemden, met hun snavel van poten en vleugels ontdeden en de lijfjes vervolgens smakelijk naar binnen werkten.

De wereldwijd bedreigde Roodpootvalken (IUCN rode lijst: vulnerable) zijn zeldzame gasten in ons land, broeden op Europese steppes van Hongarije tot Kazakstan en overwinteren aan de andere zijde van de evenaar in Namibië, Zuid-Afrika, Botswana en Zimbabwe. Roodpootvalken broeden in verlaten nesten van zwarte kraaien, eksters of roeken, maar steeds vaker ook in open- of gesloten nestkasten. Wanneer de jonge Roodpootvalken het nest verlaten hebben, voeden ze zich de eerste tijd puur met insecten. Vooral sprinkhanen en krekels, maar frequent ook bijen en libellen. In april-mei worden Roodpootvalken het meest hier gezien wanneer ze via een westelijke route terugkomen uit Afrika en ietwat westelijk doorschieten op hun route naar de broedgebieden. In het najaar zijn het vooral jonge net uitgevlogen vogels die met de oostenwind deze kant op komen en genieten van de insectenrijkdom van deze warme zomer, alvorens ze via een zuidoostelijke route de Middellandse zee oversteken en richting zuidelijk Afrika vliegen.

“Blauwe Vesper” zoals de Roodpootvalk lokaal in Oost-Europa genoemd wordt, refereert aan het in grote groepen jagen van de blauwgrijze mannetjes in de avondschemering (Latijn; vesper = avond, schemering).  De Blauwe Vesper is ook de naam van het boek over 15 jaar onderzoek naar Roodpootvalken van de hand van o.a. Peter Palatitz, winnaar van The 2019 British Trust for Ornithology Best Bird Book of the Year award.