Het was medio juni in de IJslandse westfjorden. De wolken hingen laag boven zee; het was guur en donker. In dikke blauwe overalls waren we in de ochtendschemering vanuit de haven van Olafsvik uitgevaren op zoek naar walvissen op de ruwe zee van de Breiðafjörður. Een groep grienden, een duikend potvismannetje en twee Orkafamilies deden ons onze sluimerende zeeziekte op de stampende vissersboot vergeten.
In de auto terug naar Stykkishólmur maakten we een korte stop bij de Kirkjufellsfoss-watervallen, waar we een aantal eenden langs de kant van de rivier zagen. Dichterbij gekomen lachte ons het blauw, rood en de hier overheen getrokken witte kwaststrepen van de mannetjes Harlekijneenden toe (Harlequin duck, Histrionicus histrionicus). Een fraaie eendensoort die binnen Europa alleen op IJsland voorkomt. Af en toe lieten de mannetjes hun hoog piepende roep horen, welke hun de naam zeemuis heeft bezorgd.
Harlekijneenden zijn geharde kleine zee-eenden, standvogels in Siberië, de Noord-Amerikaanse westkust, Groenland en IJsland, die in de vroege lente vanaf de kust het binnenland in trekken om langs snelstromende bergbeken een nest te bouwen. Harlekijneenden vullen een niche in de vogelwereld, zoals zij duikend en zwemmend over de bodem van wild stromende beken waterinsecten en vliegenlarven zoeken, gelijk waterspreeuwen in onze regio. Ze stonden, medio juni, op het punt om te gaan nestelen. Harlekijneenden zijn matriarchaal. Ze paren voor het leven, maar zodra de vrouwtjes gaan broeden, vertrekken de mannetjes om te ruien aan de kust. De vrouwtjes broeden solo in vier weken de eieren uit waarna de jongen het nest verlaten. Deze worden nog enkele weken verzorgd door de moedervogel, maar kunnen al vroeg zwemmen en duiken en voeden zichzelf. Na het broedseizoen verlaten de Harlekijneenden het binnenland weer en brengen de donkere noordelijke winter door in kleine groepen langs de rotsige kust of op zee. Op IJsland broeden 4000-6000 paren, een klein deel van de wereldpopulatie die ongeveer 3-400.000 exemplaren omvat en redelijk stabiel lijkt (IUCN: least concern).
Slechts één keer werd in Nederland een harlekijneend waargenomen; een vrouwtje verbleef drie maanden in de winter van 1982-’83 bij IJmuiden. Onderstaande foto’s tonen mannetjes en vrouwtjes Harlekijneenden langs de Kirkjufellsárivier op Snaefellsnes. De zesde foto toont een tweede kalenderjaar mannetje, welke gedurende de aankomende zomer zal ruien naar zijn kleurige mannenkleed.
Fijne feestdagen!